Zo focking lekker kan veganistisch zijn
The Thug Kitchen, eat like you give a fuck. Daar zit geen woord Frans bij. Het ruige kookboek met tortilla’s op de kaft ligt vloekend voor me. Food so good we swear by it. En vloeken gebeurt er in dit boek. In overvloed. Lachen trouwens ook, maar dan door mij als lezer.
The Thug Kitchen, het eerste kookboek van de gelijknamige website, heeft een boodschap. Eet alsof voedsel je ook een fuck kan schelen. Het wil het elitaire sfeertje dat rond gezond eten zit doorbreken en laten zien dat gezond eten voor iedereen mogelijk is. Het is een boek dat zichzelf totaal niet serieus neemt door de onconventionele teksten maar wel degelijk een serieuze boodschap heeft. En daarnaast is het ook nog eens een veganistisch kookboek.
Waarom veganistisch? Omdat er volgens de schrijvers al genoeg boeken bestaan over vlees en het eten van veel teveel dierlijke producten helemaal niet zo gezond is. Niet voor de ecologische voetafdruk die de productie achterlaat maar ook voor ons. Het boek vermeldt zelfs dat mensen die veel dierlijke producten eten 74% meer kans hebben om eerder dood te gaan dan mensen die het weinig eten.
Dit boek doorbreekt een “stoffig” imago van veganistisch eten op een manier die niet elke lezer zal waarderen. Met een hoop gevloek en humor. Maar wie daar doorheen kijkt of er juist van geniet ziet ook wel degelijk een poging om mensen te inspireren om gezonder te gaan koken, af te stappen van kant-en klaar en de veganistische keuken op een smaakvolle manier en met een big attitude te brengen. Zoals het boek zou zeggen: Wordt eens wakker motherfuckers en eet alsof voedsel je wat kan schelen.
Het ruige kookboek geeft zeker een gevoel alsof het door gangsters is geschreven. Ruige foto’s, tattoos, graffiti en stoere illustraties. Het hele boek ademt de sfeer uit van woeste koks die in de keuken aanschoppen tegen het leven en de gevestigde orde. In werkelijkheid zijn de schrijvers, Michelle Davis en Matt Holloway, niet die ruige koks zoals het boek doet voorkomen. Verre van dat. En dat leidde in Amerika weer tot veel ophef over raciale en culturele kwesties. Ik kan me voorstellen dat dit bij sommige mensen wel het beeld verandert over dit boek. Maar de ophef bewijst ook weer eens dat er geen slechte reclame bestaat. Ik focus me toch vooral op de inhoud.
Het boek bevat een uitleg hoe je dit boek moet gebruiken en welke basis je nodig hebt. Naast de recepten staan er ook door het hele boek stukjes informatie over voedingsstoffen zoals kruiden, oliën, wat tofu is en informatie over zout en suiker. Leuk zijn de “basic shit” stukjes. Hoe maak je een bouillon, kook je rijst, snijd je een mango, bouw je een salade en dergelijke. Omdat gewoon niet iedereen zo bedreven is in de keuken.
Waar het natuurlijk om te doen is, de focking recepten. Ontbijt, drankjes, dips, hoofdgerechten, salades, sandwiches, soepen, nagerechten. Het boek bevat legio recepten. Opvallend zijn de vele op de Mexicaanse keuken geïnspireerde recepten. Burrito’s, taco’s, enchiladas en bijvoorbeeld Chili. Niet zo gek omdat bonen veel in deze keuken en de veganistische recepten worden gebruikt. De ingrediënten van de recepten zijn zeker toegankelijk maar voor sommige dingen zal je wel even buiten de standaard supermarkt in een toko moeten zoeken of iets moeten vervangen. Dat komt overigens maar sporadisch voor.
Het is wennen aan het feit dat alles in kopjes wordt gemeten. De standaard theelepels en eetlepels ken ik wel maar 3 kopjes broccoli of 1 ¼ kop tarwemeel zijn ik toch wat onhandig. Dat had best in grammen gekund. Ook kwam ik in een recept van een smoothie 22 kopjes spinazie tegen waar ik vermoed dat er 2 in moesten. Even thuis zoeken naar een kopje van 240 ml en je kan aan de slag.
De recepten zien er veelal erg lekker uit al zal niet iedereen meteen staan te springen bij een groenteschotel of okra met aardappels als ontbijt. Granola, maiswafels, haverpannenkoeken, bananenpannenkoeken, zijn echter wel meteen aansprekend en geven een mooie balans mocht je niet zo avontuurlijk zijn. Tortillasoep, groentenloempias van rijstvellen, taco’s met geroosterde bier-limoen bloemkool, muffins met pindakaas en banaan, salsa met gegrilde perzik, noedelsoep met gember misobouillon, paddenstoelen spinazie lasagne. Het ziet er allemaal vreselijk lekker uit. Ik besloot maar eens aan de zoete broodjes met aardbeien te gaan.
Aardbeienvulling:
450 gram aardbeien
2 tot 4 eetlepels suiker
Zoete broodjes:
1 ¼ kopje volkoren tarwemeel
1 kopje gewone meel
1 eetlepel bakpoeder
2 eetlepels suiker
½ theelepel zout
1 kopje kokosmelk uit blik
½ theelepel vanille-extract
Kokosslagroom (ander recept)
1.Maak eerst de vulling. Snij de aardbeien in stukjes en gooi ze in een kom. Zijn je aardbeien superrijp en smaken ze godvergeten goed, dan hoeven er maar 2 eetlepels suiker bij. Zo niet, voeg dan 4 eetlepels suiker toe en vervloek je groenteboer. Roer door elkaar en zet koud weg tot je de rest maakt.
2.Zet je oven op 220 graden. Bekleed een bakplaat met bakpapier.
3.Gooi voor de zoete broodjes beide soorten meel, het bakpoeder de suiker en het zout via een zeef in een kom en meng. Maak een krater in het midden en giet de kokosmeel en vanille erin. Roer alles door tot zich een grof deeg vormt. Is het te droog, voeg dan een eetlepel of 2 extra kokosmelk toe.
4.Strooi wat meel op je aanricht en mik daar het deeg op. Vorm het met je handen tot een rechthoek van ongeveer 20x13 centimeter, van zo’n 3 ½ tot 4 centimeter dik.
Zit niet teveel aan het deeg want dan wordt het taai. AFBLIJVEN. Steek met een koekjessteker of de open kant van een glas zoveel motherfucking deegrondjes uit als je kunt. Mik op 8. Leg ze op de bakplaat en bak 12 tot 15 minuten, tot de onderkant goudgeel is. Laat ze een minuutje afkoelen voor je je erop stort.
5.Om je aardbeientaartjes samen te stellen, snij je de broodjes horizontaal door. Schep aardbeienvulling op de onderste helft, kwak er een lepel kokosslagroom op en leg de bovenste helft van het broodje er weer op. Doe er nog wat aardbeien en slagroom bovenop en serveer direct.
Ik at de broodjes als ontbijt en echt mijn hele gezin smulde er van. Ook het recept was heel duidelijk al moet je in stap 4 het deeg wel even door elkaar kneden om het één geheel te vormen. Buiten dat was het super simpel en lekker. Zo lekker dat ik s’avonds al een even lekker recept met tortilla’s maakte.
The Thug Kitchen is een heerlijk kookboek. Het vloeken en het hele sfeertje in het boek zijn duidelijk bedoeld om de veganistische keuken uit een wat suffig imago te halen. Als je weet wie de schrijvers zijn, zie je dat de grofgebekte instelling ook deels een gimmick is. Maar het werkt wel. Ook vleeseters zullen uit dit boek willen koken. Een gezonde balans in je eetpatroon vraagt ook om geregeld vleesvrij te eten. In dit boek doe je het dan geheel zonder dierlijke producten en ik vind daar niets mis mee. De humor en het grove taalgebruik moeten je liggen maar geloof me, zo focking lekker kan de veganistische keuken dus zijn.
Reageer op deze recensie